In totaal moet gisteren tijdens de weergaloze wedstrijd Nederland-Spanje zes keer het woord 'Goal' te zien zijn geweest op het horloge van de scheidsrechter, waarvan - het kan niet vaak genoeg herhaald worden - er vijf voor rekening van het Nederlandse elftal waren. De arbiters maken tijdens het WK in Brazilië namelijk voor het eerst gebruik van smartwatches die in verbinding staan met een systeem dat doelpunten registreert. Het nieuw ingevoerde GoalControl-systeem is bedoeld om feilloos vast te leggen of een bal wel of niet over de doellijn is gegaan. In het verleden is hier vaak genoeg discussie over geweest, aanleiding voor de FIFA om het detectiesysteem in te voeren. Bij andere sporten zoals tennis en hockey zijn dit soort systemen al veel langer in gebruik, maar de voetbalwereld is nu eenmaal wat traditioneler ingesteld. Het systeem maake gebruik van zeven high-speed camera's per goal om te bepalen of er inderdaad sprake is van een doelpunt. Zodra de bal de penaltylijn passeert maken de camera's 500 keer per seconde foto's van het doel, waardoor de positie en snelheid van de voetbal om de paar milliseconde kan worden bepaald. Zodra een doelpunt geregistreerd wordt gaat er binnen een fractie van een seconde een seintje naar de smartwatch van de scheidsrechter, die middels een korte trilling en de tekst 'Goal' op het scherm wordt geattendeerd op het doelpunt. Uiteindelijk heeft de scheidsrechter nog altijd het laatste woord, maar GoalControl en de smartwatches moeten blunders, zoals toen Engeland onterecht verloor van Duitsland tijdens het vorige wereldkampioenschap, voorkomen.